Mini Coupe

De Mini Coupé vult vanaf 2011 de modelcollectie van BMW aan

Toen voertuigfabrikant BMW uit München in 2001 zijn retromodel Mini voor het eerst naar de handelaren stuurde, nam BMW genoegen met een sedan die stilistisch gezien erg op het Britse origineel leek en van de cultstatus van de oer-Mini?s profiteerde. Zo?n drie jaar na de marktinvoering breidde de fabrikant de collectie van het merk Mini uit met een cabriolet. Bovendien verscheen er in deze tweede voertuiggeneratie ook een Mini Clubman genaamde combivariant en een cross-over in de stijl van een SUV: de Mini Countryman. Als laatste volgde in 2011 nog een vierde carrosserieversie: de Mini Coupé.

Helmdak en achterspoiler voor de Mini Coupé

Als basis voor de constructie van de Mini Coupé gebruikten de constructeurs voor een groot deel de carrosserie van de hatchbak sedan, waardoor de coupé in het vooraanzicht ondanks de gemodificeerde vormgeving van zijn radiatorrooster het gezamenlijke merkgezicht representeerde. De dakconstructie werd daarentegen compleet gewijzigd. Het dak werd verkort, werd een helmdak en de achterruit liep steil naar beneden. Om het sportieve imago te benadrukken en om de rijeigenschappen te verbeteren kreeg de coupé een in de achterklep geïntegreerde spoiler die bij een snelheid vanaf 80 kilometer per uur automatisch naar buiten schuift. De bagageruimte van de coupé heeft een volume van circa 280 liter.

De motorversies van de Mini Coupés

Toen de Mini Coupé in 2011 voor het eerst op de markt verscheen, was hij verkrijgbaar in drie benzineversies. Deze hadden een prestatievermogen tussen de 90 kW (122 pk) en 155 kW (211 pk). Daarnaast werd de coupé ook met een dieselmotor in de collectie opgenomen. Deze motor had een prestatievermogen van 105 kW (143 pk).